Welkom bij Joop Hamminga


Het hok van Jopie Hamminga

Toen Joop Hamminga 24 jaar was stond er al een interview met hem in de krant. Dat was ter gelegenheid van het feit dat hij toen secretaris werd van “Op Stee”, de postduivenclub van Zuidlaren. Joop was toen ook net getrouwd en verhuisd.

   

 

 

 

Hij had het over de moeilijkheden bij het overwennen en bij de bouw van het hok (“de gemeente heeft nogal wat noten op haar zang”). Ondanks zijn 24 jaar praat hij geroutineerd over de duivensport en de verzorging. Zo waarschuwt hij jonge liefhebbers voor natte nestbakken (“Kijk daar voor uit”) en vertelt hoe hij de jongen voert:

“Kunnen de jongen zichzelf redden dan voer ik volle bak. Grof en fijn. Als ik zie dat ze het grove voer ook op kunnen dan begin ik ‘op maat ‘ te voeren. Eén afgestreken eetlepel per duif.

 

 

 

Joop Hamminga is dertig jaar geleden met postduiven begonnen, door zijn opa die ook liefhebber was. Toen een aantal jaren geleden “Op Stee” werd opgeheven, werd hij lid in Vries. Hij vindt het mooi om duiven te zien vliegen bij zijn huis. De vluchten met jonge duiven hebben zijn voorkeur. Met dat programma kan hij behoorlijk scoren, ook dit jaar. “Ik wil nog eens de grote vleesprijs winnen met de aangewezen jonge duiven. Dat is mij dit jaar net niet gelukt.”

Zijn hok met puntdak en dakpannen staat dicht bij een boswal. Zodoende zit er wel eens een roofvogel tussen zijn Delbar-Jansen duiven. Die duiven zijn vooral geschikt voor de kortere vluchten. “Dan kun je zaterdags ook nog eens wat andere dingen doen.”

 

 

 

Joop heeft niet veel op met het elektronisch constateren. Hij vindt dat het oneerlijkheid in de hand werkt. Ook tussen de mensen die een systeem gebruiken. “Want de één heeft de antenne onder de klep en de ander aan de binnenkant van het hok.”